maandag 7 juli 2014

Stilte

De openbare ruimte is van iedereen, zelden hoor je er de stilte. Nu met het WK voetbal is de dwang van de massa extra voelbaar. Een Nederlands doelpunt betekent een massale ontlading van spanning die met geluid de lucht in geworpen wordt. Ik stelde mij voor dat je ligt te sterven of doodziek bent, teruggeworpen op jezelf en dat je dan wakker geschud wordt door massaal gejuich. 

Mijn woon- en werkplek is in de buurt van een HBO-school en een studentenflat. Ook deze leeftijdsgroep vindt het doodnormaal dat er met een megafoon slapende studenten gewekt worden om half 8 ’s ochtends op het kampeerveldje ernaast en er vervolgens keiharde muziek de wereld in dendert. Feesten midden in de week bij de studentenflat brengen zelfs de aarde in trilling door overmatige bassen en mega decibels. Je zal maar een baby hebben die ligt te slapen. Bij de bejaardenflat ernaast zullen de ouderen hun gehoorapparaat wel uitzetten. En wat te denken van de geluid producerende koelingsapparaten voor de airco’s op warme dagen als alle ramen openstaan, of als je rustig op een bankje van de zon wilt genieten?

Geluid heerst altijd over stilte: geen plek in Nederland waar je geen auto’s hoort. Eigenlijk vind ik dat in een dichtbevolkt land als Nederland er meer aan geluidsreductie hoort te worden gedaan. Voorbeelden hiervan zijn de stilte coupé in de trein, geluidswanden langs snelwegen, geluidsisolatie tussen huizen.

Maar eigenlijk gaat het om beschaving: het gaat om de geluidsbronnen. Waarom worden er nog steeds maar minimale geluidseisen aan autobandengebruik gesteld, krijgen ouders kinderen niet meer stil in de trein en mogen ze gillend door het leven gaan en stellen jongeren hun geluid producerende levenswijze boven de rest van de buurtbewoners?

Dit is een gevolg van de “ikke-ikke en de rest kan stikken” maatschappij, jijzelf als middelpunt van de aarde en niet jijzelf als onderdeel ervan met verantwoordelijkheid voor je omgeving. Kwestie van levenshouding.
 
Clairette Gitz
Gitz Architecten
 

dinsdag 1 juli 2014

Geloof niet blindelings in onaantastbaarheid registratie intellectuele eigendom


Een fantastische oplossing van namaakkwesties — en een smeuïg verhaal ...
 
Niet meer de ‘bricks’ bepalen de waarde van een onderneming, maar de ideeën, designs, uitvindingen en creaties, beleving, ‘look and feel’, van een klein, simpel gebruiksvoorwerp, via een artistiek schilderij tot een hoogwaardig productieproces. Iedereen inspireert iedereen, of het nu gaat om auteursrecht, merk, octrooi / patent, domeinnaam, handelsnaam, model, design, hoogwaardige technologie, vernieuwend webdesign of innovatie enzovoort enzovoort. Wat de een als ‘diefstal’, ‘namaak’, ‘counterfeit’ of ‘piraterij’ beschouwt, noemt de ander ‘lenen’ en weer een ander ’geïnspireerd door’ of ‘op elkaars schouders gaan staan’.

In de technology draaien bedrijven als Apple en Samsung om elkaar heen wegens octrooi-/patentschending en het gebruiken van elkaars design. In de detailhandel is het aanleunen van een starter tegen de handelsnaam van een ‘oldtimer’ een ware rage. Webdesigners weten meestal wel dat je geen foto’s die je op het web vindt, mag ‘lenen’, maar bij MKB’ers met een CMS staat een foto met andermans auteursrecht/persoonlijkheidsrecht vaak binnen vijf minuten op de site. Handelaren in gebruikte auto’s en auto-onderdelen of autoreparatie/-restauratiebedrijven willen graag de automerken waarin zij gespecialiseerd zijn in hun domeinnaam vermelden.

Een goed voorbeeld van inspiratie door andermans modellen/designs is de schoen(mode). Uit die schoenmode volgt nu een waar gebeurd verhaal. Een designschoenenboetiek – met eigen ontwerpen – benadert ons naar aanleiding van onze gespecialiseerde juridische workshops en columns voor creatieven, o.a. bij KvK en CreatiefZuid. De cliënt kreeg een sommatie van een advocaat: “U verkoopt een designpump die heel erg lijkt op de Europese modelaanvraag van onlangs van mijn cliënt. Dus stop er maar mee!”.
 
Onze cliënt is des duivels: hij produceert dit model al lang, heeft – als rechtgeaard creatief – een broertje dood aan vastleggen en kan dus niet goed bewijzen dat hij ‘eerder’ was. Wij vertellen onze cliënt dat een modelbescherming van een ander voor hem dan een probleem kan zijn en instrueren hem om onderzoek te doen. De wederpartij komt met een foto van ‘haar’ schoen op een beurs in 2014. Dat nodigde uit tot verder grondig onderzoek: het blijkt een beurs uit 2013 te zijn, niet 2014!. Je hebt maximaal een jaar om je model te registreren nadat je het op de beurs laat zien. Dus mail terug: te late registratie en dus ongeldig model. Zo wordt de ogenschijnlijk krachtige, maar unfair verkregen modelbescherming afgestraft. Moraal van dit verhaal: geloof niet zomaar alles wat op papier staat en … zorg dat je zelf het nodige op papier hebt …

Jan Smolders

Dohmen Advocaten - Van idee tot product, wij spreken uw taal en kennen uw recht